Sociale netwerken op de werkplek

In de hedendaagse maatschappij communiceren we steeds meer via sociale netwerken (Facebook, Twitter, Netlog, LinkedIn, ...). Ondernemingen doen dat ook. Ze maken massaal gebruik van sociale netwerken voor zakelijke doeleinden. Daarom hebben werknemers ook steeds vaker toegang tot sociale netwerken binnen het bedrijf om hun taken te kunnen uitvoeren.


Dat de grens tussen beroepsactiviteiten en privésfeer in dat verband dus niet altijd even duidelijk is, hoeft niet te verbazen.

Hoe zit het nu echt? Kan een werkgever controleren of een werknemer tijdens de werkuren op sociale netwerken actief is? Kan een werknemer zich op Facebook afreageren op zijn werkgever? Kan een werknemer ontslagen worden omdat hij compromitterende zaken over zijn bedrijf op een sociaal netwerk heeft gepost? Mag een werkgever op Facebook controleren of een werknemer op een bepaalde dag echt ziek was? Mag een werkgever in het geheim de Facebook-pagina van een werknemer lezen, zelfs als de werknemer er alleen in zijn vrije tijd op actief is?

Helaas is het antwoord niet altijd even eenvoudig of eenduidig. Het hangt vaak af van een combinatie van omstandigheden waarbij de moeilijkheid ligt in het vermogen een duidelijke grens te trekken tussen het privé- en beroepsleven enerzijds en het belang van de werkgever en dat van de werknemer bij het respecteren van de privacy anderzijds. Het is niet ongebruikelijk dat dergelijke geschillen uiteindelijk voor de rechter komen.

Er bestaat momenteel geen specifieke wetgeving over het gebruik van sociale netwerken op de werkplek.

Zeker is wel dat:

  • het recht op privacy een fundamenteel recht is dat voor iedereen geldt en iedereen heeft recht op bescherming van zijn persoonsgegevens. In België wordt het recht op bescherming van de persoonsgegevens verplicht gesteld door de AVG;
  • de werkgever bepaalt of en voor welke doeleinden hij zijn werknemers toegang verschaft tot sociale netwerken; hij kan besluiten dat sociale netwerken op de werkplek voor privédoeleinden mogen worden gebruikt en op welke tijden van de dag dit is toegestaan;
  • de werkgever heeft een controlerecht dat weliswaar niet onbeperkt is, maar hij kan wel controleren of de werknemer zich aan diens voorschriften houdt;
  • de werkgever moet de controle op het gebruik van sociale netwerken op de werkplek via het arbeidsreglement melden. Het moet de werknemer dus duidelijk zijn wanneer en waarom de werkgever een controle uitvoert;
  • het onderscheid tussen een privébericht en een professionele boodschap op een sociaal netwerk is niet altijd duidelijk. Soms moet de rechtbank hierover beslissen;
  • de werkgever mag het gebruik van sociale netwerken buiten de werkuren niet verbieden; hij mag evenmin de activiteiten van de werknemer op sociale netwerken tijdens zijn vrije tijd en verlofdagen controleren;
  • de werknemer mag geen lasterlijke commentaren op een sociaal netwerk posten over zijn werkgever, noch belangrijke of gevoelige professionele informatie onthullen, ook niet buiten de werkuren. Dit kan leiden tot een onmiddellijk ontslag. Hier bestaat jurisprudentie over.

In ieder geval moeten de werknemers zich ervan bewust zijn dat de werkgever hoort en ziet wat er om hen heen gebeurt. Het is daarom belangrijk informatie niet ondoordacht te delen op een sociaal netwerk.