2023
Voor de GBA heeft een gedoopte het recht om uit het doopregister geschrapt te worden
De GBA heeft vandaag het bisdom Gent bevolen om in te gaan op het verzoek van een gedoopte om uit het doopregister van zijn parochie geschrapt te worden. Volgens de GBA heeft de Katholieke Kerk een gerechtvaardigd belang om doopgegevens op te nemen in een register, maar dit belang kan niet steeds worden ingeroepen wanneer een persoon uitdrukkelijk te kennen geeft dat hij de kerk wil verlaten en zijn doopgegevens wil laten wissen.
Context van het dossier
Een gedoopte persoon vroeg het bisdom Gent om geschrapt te worden uit alle bestanden van de Katholieke Kerk, en dus ook uit het doopregister. De Kerk verwijdert de gegevens evenwel niet uit de doopregisters, maar voegt in de kantlijn van het register een aantekening toe die de wens van de persoon weergeeft om de kerk te verlaten.
Het recht om gegevens te laten verwijderen, vastgelegd in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), is niet absoluut en kan alleen onder bepaalde voorwaarden worden uitgeoefend. De Katholieke Kerk is van mening dat zij een gerechtvaardigd belang heeft bij het bewaren van de gegevens in het doopregister, aangezien dit bewaren noodzakelijk is voor het doel van de gegevensverwerking, en dat daarom in dit soort gevallen niet is voldaan aan de voorwaarden die van toepassing zijn op een verzoek om verwijdering. Zij beroept zich ook op de archiefwaarde van deze gegevens, waardoor ze niet gewist kunnen worden.
In het ongelijk gesteld, diende deze persoon vervolgens klacht in bij de Gegevensbeschermingsautoriteit.
Het belang van de Kerk en het belang van de betrokkene
Als rechtgrondslag voor de verwerking van de doopgegevens beroept de Kerk zich op haar gerechtvaardigd belang om mogelijke (identiteits)fraude te voorkomen aangezien volgens de katholieke rechtsleer een doop slechts één keer kan plaatsvinden. Daarom is het noodzakelijk om hiervan een register bij te houden.
Volgens de GBA is dit voor de Kerk inderdaad een gerechtvaardigd belang.
Dit gerechtvaardigd belang kan echter alleen als basis voor gegevensverwerking geldig worden ingeroepen als de verwerking noodzakelijk is om dat doel te bereiken, en als het belang van de betrokkene (hier : de klager) niet zwaarder weegt dan het belang van de organisatie die de gegevens verwerkt (hier : het Bisdom Gent).
De GBA stelt in dit geval vast dat niet aan deze twee voorwaarden is voldaan:
- Enerzijds is het niet altijd mogelijk om na te gaan of het doopsel al dan niet heeft plaatsgevonden, omdat het register alleen op papier wordt bijgehouden binnen één enkele parochie (daar waar het doopsel heeft plaatsgevonden). De gegevensverwerking zoals die vandaag wordt uitgevoerd, voorkomt dus in feite niet dat iemand twee keer hetzelfde sacrament ontvangt en is daarom a priori niet geschikt om het gewenste doel te bereiken.
- Anderzijds is het levenslang bewaren van alle gegevens van de klager – inclusief de gegevens die niet strikt nodig zijn om te kunnen vaststellen of iemand reeds gedoopt is - onevenredig van zodra hij uitdrukkelijk aangeeft afstand te willen nemen van de Katholieke Kerk. Volgens de GBA primeren in dit geval de belangen van de klager op die van de Kerk.
Als gevolg hiervan wordt deze gegevensverwerking als onrechtmatig beschouwd, wat betekent dat de klager zijn recht op gegevenswissing kan uitoefenen. Bovendien moeten gegevens ook worden gewist als er een gerechtvaardigd bezwaar tegen de gegevensverwerking wordt gemaakt, wat hier dus het geval is.
Daarenboven is de GBA van mening dat de informatie die de Kerk verstrekte over de verwerking van doopgegevens niet voldoende is, vooral omdat aan de persoon (of zijn ouders) niet wordt meegedeeld hoe lang de gegevens zullen worden bewaard.
Bevel om te voldoen aan het verzoek tot wissing
Om deze reden beveelt de GBA het Bisdom Gent om te voldoen aan het verzoek van de klager om zijn recht van bezwaar tegen de verwerking van zijn gegevens uit te oefenen en zijn gegevens te wissen.
Hielke Hijmans, voorzitter van de Geschillenkamer van de Gegevensbeschermingsautoriteit: "In deze zaak zijn verschillende grondrechten in het geding. in onze beslissing spreken we ons alleen uit over de toepassing van de AVG op de gegevensverwerking door het Bisdom Gent, wat onze opdracht is. Vanuit het perspectief van gegevensbescherming kan de levenslange verwerking van gegevens, die bovendien van gevoelige aard zijn, van een persoon die gevraagd heeft de Kerk te verlaten niet worden gerechtvaardigd als deze verwerking niet evenredig of strikt noodzakelijk is voor de, weliswaar gerechtvaardigde, belangen van de Kerk. Aan deze voorwaarden is in dit geval niet voldaan".
De partijen waarop de beslissing betrekking heeft, beschikken over 30 dagen om beroep aan te tekenen.
Belangrijke opmerking: er zijn momenteel bij de Geschillenkamer van de GBA verschillende dossiers lopende over de gegevensbeschermingsaspecten bij de ontdopingsprocedure. De beslissing die in dit persbericht wordt samengevat, heeft betrekking op slechts één van deze zaken.
Update 11 december 2024 : het Marktenhof stelt prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de EU
Het Marktenhof heeft vandaag besloten om enkele prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie in het kader van het beroep dat het Bisdom Gent had ingesteld tegen de beslissing 169/2023 van de GBA.
Gezien, enerzijds, verschillende Europese autoriteiten uiteenlopende beslissingen hebben genomen over een gelijkaardig onderwerp en, anderzijds, de vraag tot wissing uit het doopregister zich inschrijft in een bredere sociale context dan enkel deze procedure, heeft het Marktenhof besloten om aan het HvJEU te vragen of, samengevat, het recht op vrijheid van religie en het recht op gegevensbescherming en gegevenswissing absoluut zijn en welke criteria pertinent zijn om een afweging te maken in het geval er een conflict bestaat tussen deze fundamentele rechten.
Meer in het bijzonder stelt het Marktenhof 5 prejudiciële vragen, die hieronder worden samengevat:
- Heeft een persoon die als minderjarige gedoopt werd en als meerderjarige zich van de kerk wil distantiëren, het recht om zijn/haar gegevens uit het doopregister te laten wissen?
- Maakt het een verschil dat de gegevenswissing, volgens de verwerkingsverantwoordelijke, aan zijn grondrechten (vrijheid van godsdienst) raakt?
- Maakt het een verschil dat het doopregister niet digitaal is maar de vorm van een boek heeft?
- Maakt het een verschil dat het doopregister zelf een historisch artefact betreft waardoor de gegevensverwerking ook gebeurt met het oog op de archivering?
- Kan men, in de mate waarop een persoon het recht heeft de wissing van zijn gegevens uit het doopregister te verzoeken en waarbij geen enkele uitzondering op dat recht toepasbaar is, een annotatie dat een persoon de kerk heeft verlaten in de marge van het doopregister beschouwen als gelijkwaardig aan een gegevenswissing in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming?
Het arrest en de precieze vragen die aan het HvJEU zijn gesteld, kunnen worden geraadpleegd op deze link.
Hielke Hijmans, Voorzitter van de Geschillenkamer van de GBA : “Dit is voor de GBA een heel mooi arrest dat onze analyse op een groot aantal punten volgt en de principiële vraag over de afweging tussen gegevensbescherming en de vrijheid van godsdienst voorlegt aan de hoogste Europese rechter.”